Boerschappen verandert de voedselketen door technologie en gevoel samen te laten komen

Veel ondernemers die werken aan de voedselketen van de toekomst, raken ergens onderweg verstrikt in hun activistische principes. Maar juist het kunnen combineren van oprecht activisme met een stevige businesscase is wat Stijn Markusse (37) als ondernemer typeert. Stijn is samen met zijn vriendin Stéphanie Vellekoop (38) op weg om van Boerschappen hét korteketeninitiatief te maken dat de voedselketen echt kan gaan veranderen. Hoe ze dat doen? Door high-tech en high-touch samen te laten komen.

Jong, energiek en een tikkie stuiterbal. Stijn Markusse droomt groot, is oprecht en heeft geen filter. Hij kan uren praten en stopt alleen af en toe om adem te halen. Maar wat uit zijn mond komt is zelden geklets in de ruimte. Peasmaker Stijn weet hoe de hazen lopen en heeft over vrijwel alles al eens nagedacht. Althans, dat is hoe ik de ondernemer achter Boerschappen tijdens mijn weekje meewerken heb leren kennen.

Wie Stijn volgt op LinkedIn, ziet ook daar dat hij bruist van de energie. Iedere maand lijkt hij zich over iets anders druk te maken, zo ook afgelopen oktober. Stijn loopt door Albert Heijn en ziet dat een groot deel van de appels uit het buitenland komt, terwijl de Nederlandse telers hun product amper kwijtraken. Hij deelt zijn boosheid op het sociale netwerkplatform. Maar daarna komt Stijn pas echt in zijn element. Het blijft niet bij zijn ongenoegen uiten, nee, hij gaat aan de bak. Hij schrijft een opiniestuk in de Volkskrant, zorgt voor een item op EenVandaag en stampt binnen no time de actie ‘De Kleine Bezorgdienst’ uit de grond, om boeren ook daadwerkelijk van hun oogst af te helpen.

Juist het vermogen om principes om te zetten in actie met impact, is wat Stijn uniek maakt. Hij is een voedselveranderaar pur sang die weet hoe je mensen mee kunt krijgen in een verhaal. Hij snapt marketing en zo begon ooit zijn carrière. Stijn gaat in 2003 commerciële economie studeren en is dan totaal niet met voeding of duurzaamheid bezig. Hij doet zijn studie eer aan en wil vooral leren hoe je met ondernemen snel en veel geld kunt verdienen. Na zijn studie begint hij zijn eigen marketingbureau TMINUS10, waarmee hij met zijn compagnons wintersportreizen en feesten organiseert voor jongeren. Ook bedenken ze marketingconcepten en samplingactivaties voor grote A-merken als Starbucks, Chocomel, Breaker en Bolletje.

Op zoek naar echt eten
In 2008 ontmoet Stijn Stéphanie in Zuid-Afrika, waar ze dan beide zijn voor hun stage. Deze ontmoeting is niet alleen het begin van hun relatie, maar zorgt uiteindelijk ook voor het ontstaan van Boerschappen. In 2013 besluit Stéphanie om medische redenen geen suiker en ongezonde toevoegingen meer te eten. Ze gaan op zoek boodschappen zonder onnodige toevoegingen, maar ze vinden vrijwel alleen maar producten met geur-, kleur- en smaakstoffen. Ze komen er stap voor stap achter hoe complex de voedselketen in elkaar zit en besluiten dan maar zelf op zoek te gaan naar boodschappen die echt voeden. Ze beginnen met het inkopen van groente, fruit, zuivel en vlees rechtstreeks bij boeren in de buurt. Voor zichzelf, maar als snel ook voor vrienden, familie en bekenden. De wekelijkse boodschappeninkoop wordt steeds serieuzer, maar blijft voor Stijn bijzaak tot 2015.

IMG_9309 copy
IMG_9314 copy
IMG_9317 copy
IMG_9333 2 copy

Stijn is dat jaar nog steeds eigenaar van TMINUS10 en werkt op dat moment aan een campagne voor groot merk dat wereldwijd actief is. De positionering van het product als bewuste keuze, terwijl het vol zit met suiker, kan Stijn niet meer rijmen met zijn zoektocht naar echt eten. Dat ongemak zorgt voor het einde van zijn rol bij TMINUS10 en hij besluit samen met Stéphanie om zich volledig te focussen op het veranderen van de voedselketen. De jaren die volgen zijn op zijn minst een rollercoaster te noemen. Op allerlei manieren zoeken Stéphanie en Stijn naar manieren om producten uit de korte, lokale keten bij de consument te krijgen. In 2017 openen ze in Breda de winkel Faim, waar producten van de boer verkocht worden als aanvulling op de reeds bestaande boodschappenpakketten. In 2018 komt hier Nonna bij, een concept waarbij lunchboxen aan bedrijven geleverd worden.

Tot 2020. In dat jaar dwingt de wereld het ondernemersstel tot keuzes maken en dat resulteert in focus op Boerschappen. Door de beperkende maatregelen rond het coronavirus kunnen mensen zelf moeilijker boodschappen doen en hebben consumenten meer tijd om te koken. Boerschappen komt direct in actie en introduceert ‘Home Made Chefs’-boxen, waarmee ze producten die bij boeren door de crisis blijven liggen, naar de consument brengen. Als gevolg van de crisis en de media-aandacht voor het Boerschappen-initiatief, vliegen de boodschappenboxen het pand uit. Boerschappen had toevallig al in het jaar ervoor landelijke bezorging opgetuigd en is daardoor ook klaar om de plotselinge groei op te vangen. Naast de boodschappenbox introduceren ze dat jaar ook een gemaksbox met voorgesneden ingrediënten en recepten. De optimalisatieslagen zorgen ervoor dat Boerschappen verandert van een schattig korteketenbedrijfje naar een professionele organisatie die kan concurreren met grote jongens als Hello Fresh en Marley Spoon.

Een voedselketen die ‘deugt’
Nu in 2022 is Boerschappen een florerend bedrijf dat wekelijks boxen vult met pure en seizoensgebonden producten van de lokale boer. Boerschappen levert deze aan consumenten via thuisbezorging en pick-up points en zakelijk aan bedrijven en instellingen. Daarnaast produceert Boerschappen onder eigen label producten als appelsap en regelmatig doen ze ‘reddingsacties’ om producten van boeren van de verspilling te redden. Vierduizend gemaks- en seizoensboxen rollen er inmiddels wekelijks in Breda van band om door het hele land zo’n 10.000 mensen mee te laten eten van “voeding die voedt uit een voedselketen die deugt.” Want dat is de missie van Boerschappen. Maar wie bepaalt wat deugdelijk is? Dat is een ingewikkelde vraag en Boerschappen heeft hier zelf ook nog geen exacte definitie voor. Daar werken ze wel hard aan, want het liefst kwantificeren ze zo snel mogelijk hoe alles wat ze doen scoort op dat ‘deugen’.

De uitdaging om te bepalen wat deugt, wordt heel concreet wanneer het gaat om het aangaan van relaties met nieuwe leveranciers. Eén van de meest gestelde vragen van Boerschappenklanten is waarom Boerschappen en de boxen niet volledig biologisch zijn. Maar dat zou betekenen dat biologisch het enige is wat ‘deugt’? Ik spreek Winnie van Besouw hierover, die verantwoordelijk is voor het selecteren van nieuwe Boerschappen-boeren. Winnie geeft aan dat het niet een kwestie is van het afvinken van een keurmerk of label. Het is verre van zwart-wit en daarom kijkt ze naar veel verschillende aspecten. Werkt een boer transparant? Gaat deze mee met de tijd en wil een boer ‘het goede doen’? Wil die zelf graag aan Boerschappen leveren? Werkt de boer biologisch, regeneratief of op andere wijze samen met de natuur, bijvoorbeeld door minder te ploegen? En hoe zit het met het gebruik van chemische middelen?

De antwoorden op deze vragen zijn vervolgens weer niet makkelijk te beoordelen. Want hoe maak je de afweging tussen een biologische varkensboer en een boer die varkens houdt in de open lucht, waar de dieren veel meer ruimte hebben dan hun biologische collega’s, maar die niet biologisch gecertificeerd is. Is het een slechter of beter dan het ander? En een boer die groenten teelt op een regeneratieve permacultuurboerderij waar men veel verder gaat als het gaat om samenwerken met de natuur dan op een biologische boerderij, wat heeft dan de voorkeur? Winnie geeft aan dat het er uiteindelijk om gaat of het goed voelt, of de juiste intenties er zijn en of je elkaar kunt vertrouwen. Het zoeken naar wat wel kan en naar wat echt bijdraagt aan een toekomstbestendige voedselketen, is dan ook de rode draad van Boerschappen. Maar dat zoeken doen ze dus on the job en nemen daar hun klanten en boeren in mee.

Gevoel en technologie komen samen
Nu lijkt het vertrouwen op gevoel een contrast met waar Stijn nu dagelijks het meeste van zijn tijd aan besteedt. Namelijk processen automatiseren, investeren in IT en het slimmer toepassen van data. De tijd van aanklooien met groentetassen die je wekelijks ophaalt, is echt voorbij. De consument van de toekomst is veeleisend. Die weet wat ie wil op het gebied van duurzaam voedsel, maar het moet wel passen bij zijn of haar leven en precies inspelen op wie de persoon is, wat die nodig heeft en op welk moment. Je moet het goede doen makkelijk maken. Kun je dat niet? Dan ga je het simpelweg niet redden, hoe goed of mooi je concept ook is, is Stijns stellige overtuiging. En dat betekent flink investeren. Dus is Boerschappen begin 2022 verhuisd naar een enorme industriële hal. Daar staat de nieuwe trots van het bedrijf: de ijsvogel. Deze high-tech verpakkingslijn is neergezet om zo snel en goed mogelijk boodschappen te verpakken. Met deze lijn kan Boerschappen de komende jaren doorgroeien.

IMG_9341 copy
IMG_9384 copy
IMG_9348 copy
IMG_9401 copy

Ik help mee met het inpakken van de boxen in de gekoelde hal. Het valt me meteen op dat ondanks de industriële omgeving, de Brabantse gezelligheid aanwezig is. De mensen op de werkvloer zijn vrolijk en lijken, in tegenstelling tot ikzelf, geen last te hebben van de kou. Ik zie dat de spaghettipompoenen die in de doos moeten, verschillend van maat zijn en sommige ook niet de knapste zijn. Dat verrast me. Want betekent automatiseren en opschalen niet vanzelfsprekend dat je te groot wordt om je gericht aan te kunnen passen aan boeren die anders werken, of een product dat niet standaard is? Maar daarin is Stijn heel duidelijk: dat zou het doel totaal voorbij schieten. Hij wil boeren verder helpen door hun producten af te nemen voor een goede prijs. Ook als de afmetingen van de groente en het fruit niet standaard zijn of de kwaliteit wat minder is door een hagelbui. Juist door afzet te garanderen kan een boer investeren in beter samenwerken met de natuur. Dat betekent dat de machines zich aan moeten passen aan de boer en het product en niet andersom. Dat is een behoorlijke puzzel en gaat zeker niet vanzelf. Maar door die open houding en het kijken naar wat wel kan, onderscheidt Boerschappen zich van andere afnemers in de markt. Dat is waar gevoel en technologie samenkomen.

Een andere puzzel moet wekelijks ook gelegd worden bij het samenstellen van de boxen. Het lijkt al uitdagend genoeg om iedere week lekkere, nieuwe recepten te bedenken. Maar wat als je ook nog enkel producten uit Nederland kunt gebruiken van boeren die ‘deugen’? En de combinatie moet passen binnen het budget, zodat de prijs voor genoeg consumenten aantrekkelijk blijft? En het dan ook nog eens allemaal in de doos moet passen? Ik mag aanhaken bij de meeting waarin hierover gebrainstormd wordt. Het valt mij op hoe creatief het team is en het gevoel van samen echt iets voor elkaar willen krijgen, wat ik ook op andere plekken in het bedrijf ervaar, voert de boventoon.

Ruimte voor nieuwe dromen
Want dat echt iets voor elkaar krijgen, is waarvoor Boerschappen op de wereld is en waarvoor Stijn en Stéphanie iedere dag uit hun bed komen. Stijn heeft nog steeds een sterke drang naar groter en meer, maar nu vanuit een andere motivatie dan er zelf rijk van worden. Hij ziet dat om echt iets te veranderen in de voedselketen, het uitmaakt hoe groot je bent. Daarom zijn de ambities flink en gaat Boerschappen voor 10.000 boxen per week in 2025. En die enorme industriële hal in Breda, die Stijn overigens vreselijk kil en koud vindt? Dat wordt één van de vijf landelijke hubs in 2030. Zo kunnen boeren nog lokaler gaan leveren en hoeven de boxen minder ver te reizen naar de klant toe.

Om deze groei ook te kunnen financieren, is Boerschappen in het begin van 2022 een coöperatie geworden. Waren Stéphanie en Stijn tot voor kort nog de enige aandeelhouders, nu kunnen boeren en consumenten ook mede-eigenaar worden van Boerschappen. Het overgrote deel van het geld dat uit de aandelenverkoop komt, gaat direct terug het bedrijf in. Want hoeveel geld heb je nu uiteindelijk echt nodig om goed te kunnen leven? Stijns ogen worden zachter als hij me vertelt me dat hij zijn pad steeds helderder voor ogen ziet. Want de dingen vallen steeds meer op zijn plek en daardoor durft Stijn ook weer verder te dromen.

Nu Boerschappen de volgende fase ingaat, biedt het kans voor het tweetal om minder hands-on met de operatie van de boodschappenboxen bezig te zijn. Er staat een ijzersterk en enthousiast team, wat de ruimte geeft om te werken aan nieuwe plannen. Dus werkt Stijn nu met een aantal grote partijen aan een project om 500 boeren te laten omschakelen naar regeneratieve landbouw. Vanuit de gedachte dat iemand investeert in de boer, de boer produceert en Boerschappen afneemt, kan deze transitie ook daadwerkelijk gaan plaatsvinden. Maar de dromen reiken verder dan Boerschappen. Zo werkt Stijn met bevriende ondernemers aan een bedrijf dat structureel producten gaat maken van ‘geredde’ ingrediënten en werken ze aan hun eigen regeneratieve boerderij.

En ja, dit is veel allemaal. Maar Stijn kan simpelweg niet anders nu zijn levenspad steeds concreter wordt. Hij ziet glashelder wat nodig is om de voedselketen van de toekomst voor elkaar te krijgen en durft daarbij schaal, technologie en groots denken te combineren met werken op gevoel en vertrouwen in het goede. En dat zorgt ervoor dat hij zomaar eens de voedselketen echt kan gaan veranderen.

Wil je Stijn en Stéphanie verder hepen?
Ga eens koken met de seizoens- of gemaksboxen van Boerschappen. Wil je meer doen? Je kunt nu mede-eigenaar worden van de coöperatie. Of help Boerschappen met het redden van fruit van Nederlandse telers met De Kleine Bezorgdienst.

Wie betaalt wat?
Onder ieder verhaal geef ik aan wat voor bijdrage ik ontvang voor de verhalen die ik maak en van wie. Boerschappen draagt bij aan mijn werk met een financiële bijdrage.